Groepsdynamiek

1. Groepsrollen en -gedrag

Elke groep kent informele rollen die mensen (vaak onbewust) aannemen, zoals:

  • De leider: neemt initiatief, stuurt aan.
  • De volger: ondersteunt, werkt mee.
  • De criticus: stelt vragen, daagt uit.
  • De clown: relativeert, zorgt voor luchtigheid.
  • De buitenstaander: houdt afstand, doet minder mee.

🛠 Toepassing als facilitator:

  • Observeer wie welke rol aanneemt.
  • Benoem constructief gedrag (“Ik zie dat jij vaak het voortouw neemt, dat helpt de groep vooruit.”).
  • Stimuleer balans: geef stille deelnemers ruimte, rem dominante deelnemers vriendelijk af.

2. Omgaan met verschillende persoonlijkheden

Persoonlijkheden beïnvloeden hoe mensen communiceren, samenwerken en reageren op verandering. Denk aan:

  • Introvert vs. extravert
  • Taakgericht vs. mensgericht
  • Analytisch vs. intuïtief

🛠 Toepassing als facilitator:

  • Pas je communicatie aan: geef introverten tijd om na te denken, laat extraverten hardop denken.
  • Gebruik werkvormen die verschillende stijlen aanspreken (denk aan individuele reflectie én groepsdiscussie).
  • Wees bewust van je eigen stijl en hoe die overkomt.

3. Neurodiversiteit in groepen

Neurodiversiteit verwijst naar natuurlijke variaties in het menselijk brein, zoals ADHD, autisme, dyslexie, hoogbegaafdheid.

🛠 Toepassing als facilitator:

  • Creëer voorspelbaarheid: geef structuur en duidelijke verwachtingen. Waar werkt de groep naar toe?
  • Wees flexibel in werkvormen (bijv. visuele ondersteuning, tijd om informatie te verwerken). Kijk goed wat past binnen de groep.
  • Normaliseer verschillen: “Iedereen werkt op zijn eigen manier, en dat is waardevol.”

4. Conflictdynamiek en -oplossing

Conflicten zijn normaal en kunnen constructief zijn, mits goed begeleid. Veelvoorkomende oorzaken:

  • Onduidelijke communicatie
  • Botsende waarden of belangen
  • Onuitgesproken verwachtingen of (onderliggende frustratie

💡 Let op: in de voorbereiding met de opdrachtgever is het belangrijk vooraf te weten of er eventueel binnen een groep conflicten spelen. Hiermee kun je in de verdere voorbereiding en uitvoering rekening houden.

🛠 Toepassing als facilitator:

  • Herken signalen van spanning (non-verbaal gedrag, sarcasme, terugtrekking).
  • Gebruik de STAP-methode:
    • Stop: benoem het conflict.
    • Terug naar de feiten: wat is er concreet gebeurd?
    • Aandacht voor gevoelens: hoe ervaren mensen dit?
    • Perspectief en oplossing: wat is er nodig om verder te kunnen?
  • Blijf neutraal, faciliteer het gesprek zonder partij te kiezen.

🎯 Praktische vertaalslag: Hoe beïnvloed je de groepsdynamiek?

SituatieWat je kunt doen als facilitator
Dominante deelnemersWerk met gespreksregels of een talking stick.
Stilte of passiviteitGebruik werkvormen als ‘denk-paar-deel’ of post-its.
Onuitgesproken spanningenBenoem wat je ziet en nodig hebt: “Ik merk wat spanning, klopt dat?”
Ongelijke betrokkenheidCheck-in rondes: “Hoe zit je erbij vandaag?”
Verschillende leerstijlenCombineer visueel, auditief en ervaringsgericht leren.

Bronvermelding:

Faciliteren van groepen – TeamPowr

Groepsdynamica – HRD Academy

Add a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *